Leonor Fini (1907-1996)
Fini was een spraakmakende figuur in de Franse en internationale kunstwereld. Haar jeugd bracht ze door in de intellectuele salons van Triëst, destijds een internationaal culturele stad waar groten als James Joyce en Italo Svevo hun inspiratie vonden. Maar het grootste deel van haar leven woonde en werkte ze in Parijs. Ze was autodidact: om de menselijke anatomie goed in de vingers te krijgen bracht ze liever uren door in het mortuarium dan in de bankjes van de academie. Fini was bevriend met vele kunstenaars, onder wie Picasso, Max Ernst en Henri Bresson Cartier. Met die laatste vertrok ze in de jaren 30 in een auto in een reis om de wereld.
Fini leidde een ménage à trois met de Italiaanse diplomaat annex kunstenaar Stanislao LePri – net als Fini moeilijk in een hokje onder te brengen qua stijl- en de Poolse literator Constantin Jelenski. De twee heren waren niet haar enige huisgenoten: Fini heeft haar hele leven lang vele tientallen Perzische katten om zich heen gehad. Binnenskamers zien we haar zelden gefotografeerd zonder een kat in haar armen. In het Kattenkabinet is veel werk van haar te vinden, van vrolijk gekleurde katten tot gedetailleerde portretten van katten. De vrouwen afgebeeld op de schilderijen hebben dat mystieke en iconische voorkomen welke typerend is voor het werk van Fini.
Fini heeft niet alleen veel schilderijen op haar naam staan, zij heeft ook als ontwerpster aan ballet- en filmproducties meegewerkt en zij heeft boekuitgaven van onder andere Shakespeare en Edgar Allan Poe geïllustreerd.
Fini wordt over het algemeen gerekend tot de surrealisten. Natuur, mythologie en vergankelijkheid zijn terugkerende thema’s. Daarbij spelen katten en katachtige een prominente rol zoals onder andere te zien in de werken The crowning of the happy cat en La Liseuse.